TE aru

De te vorm van een werkwoord word met het hulpwerkwoord aru gebruikt om het resultaat van een actie, dat met een bedoeling gedaan is, door een niet vermelde persoon te beschrijven.

Vergelijk:
  • Mado o shimemashita. – Iemand sloot het raam. (actie)

  • Mada wa/ga shimete arimasu. – Het raam is gesloten (staat)

Hier merken we op dat het lijdend voorwerp van de eerste zin, het onderwerp word in de tweede zin. De -te aru vorm word bijna uitsluitend met overgankelijke werkwoorden gebruikt.

  • Tsukue no ue ni zasshi oite arimasu. – Het magazine is op de bureautafel (gezet).
(= Een magazine was op de bureautafel gezet en is daar gebleven sinds.)

  • Soto ni wa samui kara, mado ga shimete arimasu. – Het raam is gesloten omdat het buiten koud is.
(= Het raam werd gesloten omdat het buiten koud is en is nog steeds gesloten.)

Zoals eerder vermeld gebruiken we deze structuur in een zin waar de persoon die de actie uitvoert niet vermeld word. Merk op dat -te aru de huidige situatie beschrijft, vandaar dat we de tegenwoordige tijd gebruiken, ook al vond de actie plaats in het verleden.

Uiteraard kan de verleden tijd ook, hier ligt de nadruk duidelijk op het feit dat je over een gebeurtenis in het verleden praat.
 
  • Heya no doa ni, kono heya ni haitte wa ikemasento kaite arimashita. – Op de deur van de kamer stond “verboden binnen te gaan” geschreven.

Vergelijking met -te oku en -te iru

Hier zien we gelijkenissen met de -te oku structuur waar we in het verleden iets deden ter voorbereiding van. Maar je kan -te aru gebruiken als het resultaat van deze actie nog steeds waargenomen kan worden op deze moment.

  • Ryokan no yoyaku ga shite arimasu. – Er werd een ryokan reservatie gemaakt.
Is het resultaat van:
  • Ryokan o yoyaku shite okimashita. – Ik had een ryokan reservatie (op voorhand) gemaakt.

  • Sake ga katte arimasu. – Sake werd aangekocht. (en is nu beschikbaar om te gebruiken)
Is het resultaat van:
  • Sake o katte okimashita. – Ik kocht sake. (voor in de toekomst te gebruiken)

Ik sprak net de we -te aru gebruiken om de huidige toestand te beschrijven, dit hebben we reeds gezien bij de -te iru structuur. Het grote verschil is dat we bij -te iru onovergankelijke werkwoorden gebruiken in tegenstelling tot -te aru.

  • Mado ga shimete arimasu. – Het raam is gesloten (shimeru = overgankelijk)
(= Het raam werd gesloten en is nog steeds gesloten.)

  • Mado ga shimatte imasu. – Het raam is dicht / gesloten. (shimaru = onovergankelijk)

Beide zinnen beschrijven dezelfde situatie maar hebben een andere bijbetekenis. Bij -te aru weten we dat het raam door een persoon gesloten werd en nog steeds gesloten is, terwijl bij -te iru er geen aanwijzing is dat er iemand bij betrokken was. Er word enkel de staat van het raam beschreven.